Richtlijnen om de levensduur van uw apparaten te verlengen en hun veiligheid te waarborgen tijdens inactieve periodes.

Soms staat uw apparatuur voor lange tijd stil.

Electrolux Professional geeft u graag enkele richtlijnen die de levensduur van uw machines verlengen

en ervoor zorgen dat ze optimaal blijven presteren. Gebruik, dankzij deze procedures, uw apparatuur in alle veiligheid.

LET OP:
Voor u begint, trek geschikte persoonlijke bescherming (PPE) aan zoals bril, masker, handschoenen, veiligheidsschoenen, geschikte werkkleding, enz.
Neem contact op met uw Electrolux Professional Service-dienst bij vragen. Zij helpen u graag verder.

A. Op inactief zetten:

• Verwijder stof, vuil en vet van alle oppervlaktes. Vermijd producten die schuurmiddel bevatten zoals staalsponsjes, borstels of stalen schrapers.
• Bescherm dan de oppervlaktes van tafels, neutrale units, opslag- en voorbereidingsplaatsen met een dunne laag olie om ervoor te zorgen dat het RVS intact blijft.
• Indien mogelijk bedek de oppervlaktes met plastic om te voorkomen dat stof aan de oppervlakte blijft plakken en roest veroorzaakt.

B. Terug opstarten:

• Verwijder de afdekfolie van alle oppervlaktes en desinfecteer de oppervlaktes die met voedsel in contact komen.
• LET OP: Gebruik bij voorkeur producten op basis van waterstofperoxide of quaternaire ammonium. Ethanol met biocide eigenschappen kan ook gebruikt worden. Gebruik geen producten op chloorbasis want zij beschadigen de beschermlaag van het RVS.
• Spoel na het desinfecteren grondig na met water en een vochtige doek. Droog alle RVS-oppervlaktes af om roestvorming te voorkomen.
• Vergeet niet de ruimtes tijdens deze acties te ventileren.
• Indien de oppervlaktes niet voldoende gereinigd zijn voor ingebruikname, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.

A. Op inactief zetten:

• Maak branders, pannendragers en oppervlaktes grondig schoon met een vochtige doek, die niet pluist.
• Maak voorzichtig het topje van de thermokoppel schoon met een zachte borstel (zonder metalen haren).
• Let op dat de gas norzels niet geblokkeerd of verstopt raken.
• Maak de ovenkamer droog en schoon – laat de ovendeur open zodat de lucht kan circuleren, behalve als er stof, insecten, ongedierte in de ovenkamer terecht kunnen komen.
• Sluit gaskleppen of gastoevoer af bij het dichtstbijzijnde isolatiepunt.

B. Terug opstarten:

• Open de gaskleppen.
• Controleer de consistentie van de vlam (max, min) van elke brander.
• Ovens: controleer voor gebruik de ovenkamer op aanwezigheid van ongedierte en handel overeenkomstig.

A. Op inactief zetten:

• Bij plakkende resten, verwarm geleidelijk de temperatuur tot het maximum voor pyrolyse. Zodra de resten verbrand zijn en de temperatuur gedaald, gebruik een warme ontvetter zoals C40 (code 0S1841). Deze werkt vanaf 175 graden of een lagere temperatuur bij gebruik van een zachte doek en lauwwarm water.
• Gebruik indien nodig een schraper: start achteraan het oppervlak en trek de schraper naar u toe, zodat alle resten verwijderd worden. Wees voorzichtig dat u het oppervlak niet beschadigd.
• Het gebruik van koud water of ijsblokjes is absoluut verboden: de thermale schok beschadigt de kookelementen.
• Maak de vet/vuil-opvanglade, -bak of -emmer leeg en veeg schoon.
• Voor directe kookoppervlakken (grill, bakplaat): verwarm de oppervlaktes, als ze ontvet en schoon zijn, 5 minuten om volledig te drogen. Schakel vervolgens de verwarming uit en smeer de oppervlakte in met een dunne laag plantaardige olie.
• Indien mogelijk, til de kookplaat op en reinig eronder.

A. Terug opstarten:

• Elektrisch verwarmde apparatuur: zet het vermogen/temperatuur gedurende min. 1 uur op de laagste stand om te voorkomen dat de verwarmingselementen door opgehoopt vocht niet goed werken.
• Kookoppervlaktes hebben geen desinfectie met chemische produkten nodig, de hoge werktemperatuur speelt die rol. Denk eraan voor het eerste kookproces een paar minuten op maximaal vermogen te verwarmen.
• Vernieuw de laag plantaardige olie op directe kookoppervlaktes.
• Indien de oppervlaktes niet voldoende gereinigd zijn voor ingebruikname,  volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.

A. Op inactief zetten:

• Verwijder de olie en recycleer via de gebruikelijke kanalen. Het is niet aangeraden om de de olie te filteren voor hergebruik, voornamelijk door de aanwezigheid van acrylamide en het vrijkomen van keton en aldehyde (oxidatie van olie en het opnemen van vocht).
• LET OP:  bij gebruik van vaste olie/vet (zoals palmolie): smelt de olie voor aftappen om te voorkomen dat deze vlam vat bij het verhitten.
• Vul de bakken met water en 10% azijn en voeg een paar lepels soda toe; kook een paar minuten goed door voor een effectief resultaat. Bij het aftappen worden ook de leidingen, tappunten, opvangbakken en olie filtersystemen ontvet.
• Eenmaal schoongemaakt, droog alle oppervlaktes.
• Reinig alle opvangbakken, mandjes, etc. in de vaatwasser.

B. Terug opstarten:

• Elektrisch verwarmde apparatuur: zet het vermogen/temperatuur gedurende min. 1 uur op de laagste stand om te voorkomen dat de verwarmingselementen door opgehoopt vocht niet goed werken.
• Indien de olie niet goed is verwijderd voor het uitschakelen, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.

A. Op inactief zetten:

• Wacht tot de bakken en het restwater afgekoeld zijn en tap vervolgens af.
• LET OP: Tap het water van de pasta cooker niet af als het heet is. Dit kan de bak beschadigen.
• Ontkalk met een geschikt product (of hete witte azijn)
• Check de toestand en aanwezigheid van afdichtringen op de afvoer.
• Verwijder resten, spoel na en droog alle RVS oppervlaktes. Bescherm de oppervlaktes zoals aangegeven in de sectie RVS geschilderde / gecoate oppervlakten – apparatuur in het algemeen.

B. Terug opstarten:

• Open de watertoevoer en vul de bakken zonder het apparaat aan te zetten (opwarmen zonder water kan de bak beschadigen).
• Electrisch verwarmde apparatuur: zet het vermogen/temperatuur gedurendende min. 1 uur op de laagste stand om te voorkomen dat de verwarmingselementen door opgehoopt vocht niet goed werken.
• Indien het water niet afgetapt is voor het stoppen van de activiteiten, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Het is aanbevolen om te desinfecteren voor gebruik. Volg de instructies van de sectie RVS geschilderde / gecoate oppervlakten – apparatuur in het algemeen.

A. Op inactief zetten:

• Sluit de elektriciteit (elektrische apparaten) of gas (gas apparaten) af bij het dichts mogelijke punt.
• Maak het tableau en grill-gebied schoon

B. Terug opstarten:

• Electrisch verwarmde apparatuur: zet het vermogen/temperatuur gedurende min. 1 uur op de laagste stand om te voorkomen dat de verwarmingselementen door opgehoopt vocht niet goed werken.
• Gas verwarmde apparaten: open de gasklep en controleer de vlam consistentie (max en min).

A. Op inactief zetten:

• Maak de ketel grondig schoon, verwijder vet- en vuilresten. Ontkalk indien nodig.
• Spoel na en droog.
• Bescherm het kookketel oppervlak met een dun laagje olie en sluit het deksel.
• Verwijder de aftapkraan (indien aanwezig) : maak grondig schoon en vet het in met smeermiddel.
• Sluit alle voorzieningen af (gas, elektriciteit, water).

B. Terug opstarten:

• Zet de voorzieningen (gas, elektriciteit, water) terug aan.
• Maak de ketel grondig schoon. Verwijder alle beschermende olie.
• Indien de ketel niet grondig is schoongemaakt bij het inactief zetten, is een grondige ontvetting/reiniging nodig. Volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer de werking van de aftapkraan. Vet opnieuw in indien nodig.
• Vul de ketel met water. Kook stevig door en maak leeg.

A. Op inactief zetten:

• Voer de volledige, wekelijkse schoonmaakroutine uit (dagelijkse schoonmaak plus de extra wekelijkse procedures). Gebruik schoonmaakmiddel C41 – code 0S2292 (kan gebruikt worden tot 175°C ) – Laat 1 minuut weken. 
• Alle onderdelen (inclusief het werkblad, het glas, de bovenste plaat, de bereidingskamer, de beschermingscover en de stoom uitlaat kamer) moeten grondig schoongemaakt en ontvet worden. Verwijder de onderdelen conform de gebruiksaanwijzing. Bescherm de glasplaat, na het schoonmaken, met de high temperature silicone pad (code 653527). 
• Verwijder de voorkant en maak de luchtfilter schoon of vervang deze. 
• Tot slot, sluit het deksel en verwijder de stekker.

B. Terug opstarten:

• Open het deksel en verwijder het siliconen matje 
• Indien het apparaat niet goed voorbereid is op inactiviteit, voer de volledige wekelijkse schoonmaakroutine uit.
• Het is aanbevolen om het bakoppervlak te reinigen alvorens te starten met bereiden. 
• Steek de stekker in het stopcontact en schakel het apparaat aan. 

A. Op inactief zetten:

• Voer een automatische reinigingscyclus uit; en maak de pakkingen en de luchtfilters schoon in het frontpaneel.
• Voltooi de automatische ovenkamer reinigingscyclus door resten van de ventilator en de directe omgeving te verwijderen: haal voor het verwijderen van de ventilatorbescherming, de stekker uit het stopcontact.
• Het is aanbevolen om na een chemische reiniging met vloeibare reinigingsmiddelen nog een lichte reiniging uit te voeren en daarnaast de spuitslang (indien aanwezig) goed door te spuiten. Dit reinigt de slangen en de pompen en voorkomt kristallisatie van het achtergebleven reinigingsmiddel.
• Laat de deur op een kier, tenzij er een risico is dat stof, insecten, ongedierte, etc in de ovenkamer komen.
• Units met een boiler: ontkalk de boiler (hiervoor kan een gespecialiseerde monteur benodigd zijn).
• Sluit de toevoer (water en/of gas)

B. Terug opstarten:

• Open de toevoer (water en/ of gas)
• Indien u het materiaal niet goed voorbereid had op inactiviteit, of de deur was volledig gesloten, reinig dan eerst de ovenkamer
• Indien u wilt reinigen met vloeibare chemische reinigingsmiddelen, moeten de reinigingsmiddelen en naspoelpomp eerst gecontroleerd worden door een gespecialiseerde monteur.
• Reinig de pakkingen en de luchtfilters in het frontpaneel
• Controleer of de boiler automatisch leegloopt
• Controleer of de deur goed afsluit bij stoom modus, reinig met zeepwater, spoel na en droog de rubbers
• Controleer de conditie van de pakkingen en de stevigheid van de lichtpoorten.
• Controleer de sifon
• Controleer op stof, insecten, ongedierte etc. voordat u de oven gebruik neemt en handel conform de richtlijnen indien nodig.

Andere handelingen die een gespecialiseerde monteur moet uitvoeren:

• Controleer de conditie van de spoelen in de waterkleppen
• Controleer de reinigingsmiddelen en de zeeppompen alvorens een chemische reiniging uit te voeren.
• Controleer en reinig de water level probes en ontkalk deze indien nodig.
• Controleer de conditie van de elektrische terminals en de vermogensschakelaar.
• Controleer of de fan niet verzadigd is, anders dient deze te worden vervangen.
• Voor het openen van de gastoevoer, dienen de branders te worden verwijderd en het interieur gereinigd. Controleer dan de ontsteking en de ionisatie elektrodes. Vervang deze, indien nodig

A. Op inactief zetten:

• Reinig de wastank grondig en verwijder ook vuil, aanslag en vetophopingen (indien nodig ontkalken).
• Sluit de waterinlaatklep en ontkoppel de stroom.
• Reinig de filters, overloopafvoer, was- en spoelarmen.
• Tap de ketel af als deze is uitgerust met een spoelpomp.
• Controleer de algemene toestand van de machine.
• Reinig het verwarmingselement en ontkalk indien nodig.
• Controleer de hoeveelheid was- en spoelmiddel(en). Sluit de tanks (afhankelijk van het model) om te voorkomen dat het was- en spoelmiddel opdrogen.
• Reinig de detergentbox en spoel de slangen.
• Reinig het waterinlaatfilter en controleer de waterinlaat- en afvoerslangen (vervang indien nodig).
• Reinig de condensor (afhankelijk van het model).
• Laat de deur (wasmachines aan de voorkant) of de kap (wasmachines van het type kap) op een kier staan, tenzij het risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte enz. in het apparaat terechtkomen.

B. Terug opstarten:

• Vervang de slangen van de slangenpompen (mogelijk is een gespecialiseerde technicus nodig).
• Open de waterinlaatklep en schakel de stroomtoevoer in.
• Als de vaatwasser niet goed was voorbereid op langdurige stilstand, volg dan de richtlijnen van sectie Op inactief zetten.
• Controleer de ruimte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte etc. en maak deze grondig schoon.
• Voer verschillende wascycli uit om eventuele resten te verwijderen.
• Vul de was- en spoelproductpompen.
• Laat het apparaat leeglopen en neem het weer in gebruik.

A. Op inactief zetten:

• Maak tanks grondig schoon en verwijder ook vuil, aanslag en vetophopingen; ontkalk.
• Sluit de waterinlaatklep en ontkoppel de stroom.
• Reinig de gordijnen, filters, overloopafvoer, was- en spoelarmen.
• Reinig de verwarmingselementen en ontkalk indien nodig.
• Controleer de staat van de watertoevoerslangen op scheuren.
• Reinig de condensor indien aanwezig.
• Controleer de hoeveelheid was- en glansmiddel en sluit de tanks (afhankelijk van het type uitrusting) om uitdroging van was- en spoelmiddelen te voorkomen.
• Spoel de wasmiddelslangen
• Laat de deur(en) op een kier staan, tenzij het risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte, enz. in het apparaat terecht komen.

B. Terug opstarten:

• Open de waterinlaatklep en zet de stroom aan.
• Als de vaatwasser niet goed voorbereid is op langdurige stilstand, volg dan de richtlijnen van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer ide ruimte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte etc. en maak deze grondig schoon.
• Voer meerdere wasbeurten uit om eventuele resten te verwijderen.
• Vul de was- en spoelproductpompen.
• Controleer de dichtheid van de overlooppijpen en afvoerkleppen.
• Laat het apparaat leeglopen en neem het weer in gebruik.

Andere richtlijnen waarvoor een gespecialiseerde technicus vereist is:

• Vervang de slangen van de peristaltische pompen.
• Controleer de afdichtingen en filters van de waterinlaatmagneetkleppen
• Controleer de kabels op de schakelaars en elektrische componenten.
• Controleer de impedantie van het verwarmingselement

A. Op inactief zetten:

• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Maak de kap van de luifel schoon.
• Reinig de tfilters en vetbekers en laat ze op tafels staan, klaar om weer in elkaar te worden gezet bij het heropenen van de keuken.

B. Terug opstarten:

• Reinig de ventilatiekap en monteer de schotfilters en vetbekers weer.
• Schakel de stroomtoevoer in.

A. Op inactief zetten

• Schakel de stroomtoevoer en watertoevoer uit.

B. Terug opstarten:

• Vervang de voorfilters.
• Draai de watertoevoer open.
• Ontsmet en reinig het apparaat.

A. Op inactief zetten:

• Verwijder het zout uit de pekelbak.
• Schakel de stroomtoevoer uit of schakel de mechanische regeneratietimer uit (indien aanwezig).
• Schakel de watertoevoer uit.

B. Terug opstarten:

• Zout bijvullen.
• Schakel de timer van de regeneratiecyclus in of reset deze.
• Draai de watertoevoer open.

A. Op inactief zetten:

• Schakel de watertoevoer uit.

B. Terug opstarten:

• Vervang de cartouches.
• Draai de watertoevoer open.

A. Op inactief zetten:

• Maak de verdamper schoon met een sopje en spoel af.
• Reinig de condensor en de ventilatoren (hiervoor is mogelijk een gespecialiseerde technicus nodig).
• Reinig de deurisolatie met een sopje, spoel en droog af.
• Maak de binnenkant van de cel schoon en droog.
• Reinig de condensbak of de sifonafvoer (afhankelijk van installatie).
• Laat de deur een beetje open staan om geur te voorkomen , tenzij er een risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte enz. in de ruimte terechtkomen.

B. Terug opstarten:

• Als het apparaat niet goed is voorbereid op een langdurige inactiviteit , volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer de ruimte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte etc. en maak deze grondig schoon.
• Andere bewerkingen waarvoor een technicus vereist is:
  • Controleer of de verdamperventilator niet defect is, deblokkeer deze met de hand, vervang de ventilator als deze luidruchtig is
  • Controleer de condensorventilator (vervang indien nodig)
  • Voer een test uit en controleer de meting van de sondes (zie servicehandleiding sondes).

A. Op inactief zetten:

1. KOELING

• Haal alle waren uit de koelkast.
• Voer een handmatige ontdooiing uit op de display (indien beschikbaar).
• Reinig de verdamper en de ventilatoren (hiervoor is mogelijk een technicus nodig).
• Controleer de luchtdoorstroming van de verdamper, indien vuil, reinig met een sopje en spoel af.
• Maak de binnenkant en de isolatie van de deur / lade schoon met een sopje, spoel en droog ze af.
• Reinig de condensbak of de sifonafvoer (afhankelijk van installatie).
• Zorg ervoor dat de veiligheidsdeurontgrendeling (indien aanwezig) correct werkt.
• Laat de deur(en) / lade (s) een beetje open staan ​​om geur te voorkomen, tenzij het risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte, enz. in de ruimte komen.

2. VRIEZERS:

• Afhankelijk van de duur van de inactiviteit, kan u eventueel voedingswaren in het apparaat laten en de stroom aan laten. Het voedsel is nog steeds bruikbaar als de bewaring de houdbaarheidsdatum niet overschrijdt.
• Zorg ervoor dat het voedsel op planken wordt gestapeld met spaties tussen elke plank
• Zorg ervoor dat er niets op de basis / vloer van het apparaat achterblijft
• Zorg ervoor dat al het voedsel correct is getagd met een eigen houdbaarheidsdatum.

3. KOUDE KAMERS:

• Verwijder alle voorraad
• Maak het interieur schoon (vloer, muren, planken, deurisolatie)
• Verwijder alle deurstripgordijnen, maak ze schoon en laat ze plat op de planken liggen
• Laat de deur(en) open: gebruik indien nodig karton om te voorkomen dat de deur automatisch sluit
• Isoleer de condensoreenheid (een gespecialiseerde technicus is nodig).

B. Terug opstarten:

• Als het apparaat niet goed is voorbereid op een langdurige inactiviteit, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer de ruimte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte etc. en maak deze grondig schoon.
• Stel de koelunit weer in bedrijf en controleer de temperatuurdaling en correcte regeling (puur als instelpunt -18 ° C negatief en 2 ° C positief).
• Controleer de kalibratie van de regulatiesondes met uw gekalibreerde thermometer.
• Wanneer voedsel in een werkende vriezer bleef: controleer zorgvuldig de houdbaarheidsdata en gooi de voedingswaren weg als de houdbaarheidsdatum verlopen is.
• Herstel deurbladgordijnen in KOUDE KAMERS.
• Zorg ervoor dat de veiligheidsdeurontgrendeling (indien aanwezig) correct werkt.
• Andere bewerkingen waarvoor een gespecialiseerde technicus nodig is:
  • Controleer of de verdamperventilator niet beschadigd is, deblokkeer deze met de hand, vervang de ventilator als deze luidruchtig is
  • Controleer de condensorventilator (vervang indien nodig)
  • Voer een test uit en controleer de meting van de sondes (zie servicehandleiding testsondes).
• voor KOUDE KAMERS:
• Sluit de condensor weer aan
• Controleer en vervang de batterij om stroomuitval te voorkomen

A. Op inactief zetten:

• Verwijder ijs uit de opslagbak. Houd voor ijsdispensers de knop ingedrukt totdat er geen ijs meer wordt afgeleverd.
• Tap het water af uit de interne opslagcompartimenten (mogelijk is een techniecus vereist).
• Schakel de watertoevoer en de elektrische stroomtoevoer uit.
• Laat al het water weg laten lopen, giet een glas vol ontsmettingsoplossing door de afvoer van het apparaat of de opslagbak. Veeg de binnenkant van de opslagbak af met ontsmettingsdoekjes. Droog alle oppervlakken zorgvuldig af.
• Verwijder het waterfilter uit de fitting en laat eventueel aanwezig water weglopen, monteer het opnieuw als het leeg is.

B. Terug opstarten:

• Schakel de watervoorziening en de elektrische stroom in.
• Laat het apparaat minstens 2 minuten water afvoeren om het interne circuit schoon te maken.

A. Op inactief zetten

• Ontkoppel het toestel van de stroomtoevoer
• Demonteer en reinig waar mogelijk de messen, bladen (WAARSCHUWING: SCHERP), schijven, kommen, gardes, hoppers en accessoires en spoel ze vervolgens onder leidingwater. Zorg ervoor dat eventuele resten worden verwijderd.
• Droog na het reinigen af en bescherm eventueel met een voedselveilig smeermiddel.

B. Terug opstarten:

• Verwijder het beschermende voedselveilige smeermiddel waar het is aangebracht en zet alle onderdelen weer in elkaar.
• Andere bewerkingen waarvoor een gespecialiseerde technicus nodig is:
  • Controleer de afdichting van de aandrijfasafdichtingen
  • Controleer de staat en spanning van de riemen
  • Smeer indien nodig de binnenste onderdelen

A. Op inactief zetten

• Reinig gootsteenafvoeren.
• Vloervallen opruimen.
• Maak interne afvoerpompen schoon.
• Reinig “vetafscheiders” en “vetverwijderingseenheden”.
• Zorg ervoor dat alle afvoeren zijn afgesloten en schoon water bevatten.
• Reinig het werkoppervlak.

B. Terug opstarten

• Verwijder alle resten van de ongediertebestrijdingsmaatregelen.
• Laat water door alle afvoeren stromen.

LET OP:
Voor u begint, trek geschikte persoonlijke bescherming (PPE) aan zoals bril, masker, handschoenen, veiligheidsschoenen, geschikte werkkleding, enz.
Neem contact op met uw Electrolux Professional Service-dienst bij vragen. Zij helpen u graag verder.

A. Op inactief zetten:

• Reinig grondig het volledige koffiedistributiecircuit met behulp van de juiste reinigingstabs en het melkcircuit met RINZA-wasmiddel cod. 0UN125
• Maak de koffie-tubes, stoom en STEAMAIR®-tubes schoon.
• Leeg de koffiediklade.
• Schakel de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact.
• Sluit de watertoevoer af.
• Droog alle oppervlakken zorgvuldig af.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil.
• Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar, of andere geschikte middelen.
• Zet de machine op een droge plaats.

B. Terug opstarten:

• Reinig en verwijder het resterende bonen- of chocoladepoeder in de trechters (liefst met een stofzuiger).
• Vul de trechters met een nieuwe, ongeopende verpakking.
• Als u een filterpatroon op uw waternetwerk heeft, moet deze worden vervangen als er de afgelopen 4 weken geen watercirculatie is geweest. Neem contact op met uw klantenservice voor de interventie.
• Draai de watertoevoer open.
• Sluit de machine weer aan op stroom.
• Schakel de stroom in en wacht tot het water warm is.
• Trek de lade uit en plaats deze terug. Bevestig vervolgens door 3 seconden op “JA” te drukken => het spoelen wordt automatisch gestart.
• Herhaal deze handeling minstens 2 keer en controleer of het water door de tuit(en) stroomt.
• Maak verschillende soorten koffie en controleer op lekken onder de machine.
• Controleer de werking van de stoom- en heetwateruitlaten.

A. Op inactief zetten:

• Reinig grondig met behulp van reinigiingstabletten en een geschikt reinigingsmiddel om de portafilters, stoom en STEAMAIR®-uitlaten te reinigen.
• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Sluit de watertoevoer af.
• Zet langzaam de stoom aan en laat aan staan (let op dat u zich niet aan de stoom verbrandt).
• Droog alle oppervlakken zorgvuldig af.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Maak de koffiemolens leeg als dit niet is gebeurd tijdens het uitschakelen en maak de trechters schoon.
• Vul met een nieuwe, ongeopende verpakking.
• Als u een filterpatroon op uw voedingsnetwerk heeft, moet deze worden vervangen als er de afgelopen 4 weken geen watercirculatie is geweest. Neem contact op met uw klantenservice voor interventie.
• Draai de watertoevoer open
• Sluit de stoomkranen (indien toepasbaar).
• Sluit de machine weer aan op de stroom.
• Zet de stroom aan:
  Indien 2 posities (0 en 1): stel in op 1.
  Indien 3 posities (0, 1 en 2): stel in op 1 en wacht tot het vullen van de machine (u hoort de pomp werken). Wanneer de pomp stopt (waterniveau OK), zet u de schakelaar op 2 om te beginnen met verwarmen.
• Laat water lopen door alle groepen om te controleren of ze niet geblokkeerd zijn.
• Als het water naar alle groepen stroomt, herhaal de handeling een 5- à 10-tal keer om het water in de koffieboilers te verversen.
• Controleer de druk op de 2 circuits:
  • Stoomcircuit: tussen 0,8 en 1,2 Ba.
  • Coffee Circuit: tussen 8 en 10 Bar tijdens het koffiezetten.
• Voer een stoom- en heetwatertest uit.
• Controleer op lekken onder de machine.

A. Op inactief zetten:

• Reinig grondig de groepen met behulp van reinigingstabletten en een geschikt reinigingsmiddel om de portafilters, stoom en STEAMAIR®-uitlaten schoon te maken.
• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Sluit de watertoevoer af.
• Zet langzaam de stoom aan en laat aan staan (let op dat u zich niet aan de stoom verbrandt).
• Droog alle oppervlakken zorgvuldig af.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Controleer of de koelkast schoon is en zet hem aan.
• Laad na minimaal 15 minuten op voorhand gekoelde melk.
• Test uw melkbereidingen meerdere keren (Capuccino, Latte, etc.).
• Controleer op lekken aan de uitlaat en onder de machine.

A. Op inactief zetten:

• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Verwijder het onderste paneel.
• Tap het water af uit de afvoerslang door de plug te verwijderen.
• Koppel het apparaat los van de watertoevoer.
• Reinig en droog alle onderdelen zoals beschreven in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of andere vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Sluit het apparaat aan op de watertoevoer.
• Zet de watervoorziening aan.
• Sluit het apparaat aan op de stroom.
• Schakel het apparaat in.

A. Op inactief zetten:

• Tap overblijvende drank af.
• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Demonteer het apparaat.
• Reinig onderdelen (kom, haak, kleppen, handvaten, pakkingen, …) met een ontsmettingsmiddel en laat aan de lucht drogen, zoals aangegeven in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats.

B. Terug opstarten:

• Zet alle onderdelen terug in elkaar (kom, haak, kleppen, handvatten, pakkingen, …).
• Sluit het apparaat aan op de stroom.
• Vul bij met voorgemengde preparaat.
• Zet het apparaat aan.

A. Op inactief zetten:

• Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Verwijder het onderste paneel.
• Tap het water af uit de afvoerslang door de plug te verwijderen.
• Koppel los van de watervoorziening.
• Reinig en droog onderdelen zoals aangegeven in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats.

B. Terug opstarten:

• Sluit het apparaat aan op de watertoevoer.
• Zet water aan.
• Sluit het apparaat aan op de stroom.
• Schakel het apparaat in.

A. Op inactief zetten:

• Schakel het apparaat uit, haal de stekker uit het stopcontact en laat afkoelen.
• Verplaats het apparaat naar een gootsteen.
• Draai het apparaat om boven de gootsteen zodat het water eruit kan stromen.
• Reinig en droog onderdelen zoals aangegeven in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Sluit het apparaat weer aan op de stroom.
• Vul met water zoals aangegeven in de handleiding.

A. Op inactief zetten

• Laat de molen draaien totdat de het bonenreservoir leeg is.
• Koppel de stroom los.
• Reinig en droog de onderdelen volgens de instructiehandleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Zet de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Vul het bonenreservoir
• Sluit het toestel terug aan op de stroomvoorziening

A. Op inactief zetten:

• Koppel het apparaat los van de stroomvoorziening.
• Verwijder het onderste paneel.
• Tap het water uit de afvoerslang af door de plug te verwijderen.
• Koppel los van de watervoorziening.
• Verwijder bonen uit de trechter. Reinig en droog onderdelen volgens de instructiehandleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Plaats de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

• Sluit het apparaat terug aan op de watertoevoer.
• Sluit het toestel aan op de stroomvoorziening.
• Zet de machine aan.
• Vul de machine met bonen.

A. Op inactief zetten:

Om het apparaat voor te bereiden op een langere stop, is het belangrijk om het op de juiste manier  op te bergen:

• Schakel alle stroom naar de machine uit.
• Demonteer, was en reinig alle onderdelen die in contact komen met de mixer zoals beschreven in de handleiding.
• Reinig alle buitenpanelen, de condensor en de filter (indien aanwezig).
• Zet alle onderdelen weer in elkaar en zorg dat ze, waar nodig, goed gesmeerd worden , zoals beschreven is in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar.
• Plaats de machine op een droge plaats

B. Terug opstarten:

Na lange stilstand moet de machine onstmet worden volgens volgende richtlijnen:

• Verwijder de hoofdklep en de bijkomende transparante klep.
• Giet de ontsmettingsoplossing (2% natrium-hipocloryte) voorzichtig in de kom volgens de voorschriften van de fabrikant.
• Na het terugplaatsen van de hoofdklep, zet u de machine aan en laat u de mixer draaien samen met de ontsmettingsoplossing gedurende de door de fabrikant aangegeven tijd.

LET OP!

Laat het ontsmettingsmiddel nooit langer dan 15 minuten in de kom zitten.

• Tap de oplossing af door de zuiger te openen zodat de kom kan legen. Open en sluit de plunjer minstens 10 keer tijdens het aftappen om ook de zone waar het product uitkomt te reinigen.
• Herhaal deze handelingen met schoon water in plaats van een ontsmettingsmiddel om te spoelen.
• De machine is klaar voor gebruik.

A. Op inactief zetten:

Om het apparaat voor te bereiden voor een lange stop, is het belangrijk om het op de juiste manier op te bergen:

• Schakel alle stroom naar de machine uit.
• Demonteer, was en reinig alle onderdelen die in contact komen met de mix zoals beschreven in de handleiding.
• Reinig ook alle buitenpanelen, de condensor en de filter (indien aanwezig).
• Zet alle onderdelen weer in elkaar en zorg dat ze goed worden gesmeerd waar nodig, zoals beschreven in de handleiding.
• Dek de machine af om deze te beschermen tegen stof of ander vuil. Gebruik de originele verpakking, indien beschikbaar
• Plaats de machine op een droge plaats.

B. Terug opstarten:

Na lange stilstand moet de machine onstmet worden volgens volgende richtlijnen:

• Verwijder de hoofdklep en de bijkomende transparante klep.
• Giet de ontsmettingsoplossing (2% natrium-hipocloryte) voorzichtig in de kom volgens de voorschriften van de fabrikant.
• Na het terugplaatsen van de hoofdklep, zet u de machine aan en laat u de mixer draaien samen met de ontsmettingsoplossing gedurende de door de fabrikant aangegeven tijd.

LET OP!

Laat het ontsmettingsmiddel nooit langer dan 15 minuten in de kom zitten.

• Tap de oplossing af door de zuiger te openen zodat de kom kan legen. Open en sluit de plunjer minstens 10 keer tijdens het aftappen om ook de zone waar het product uitkomt te reinigen.
• Herhaal deze handelingen met schoon water in plaats van een ontsmettingsmiddel om te spoelen.
• De machine is klaar voor gebruik.

LET OP:
Voor u begint, trek geschikte persoonlijke bescherming (PPE) aan zoals bril, masker, handschoenen, veiligheidsschoenen, geschikte werkkleding, enz.
Neem contact op met uw Electrolux Professional Service-dienst bij vragen. Zij helpen u graag verder.

A. Op inactief zetten:

• Controleer de hoeveelheid was- en spoelmiddel(en) en sluit de tanks (afhankelijk van de uitvoering) om te voorkomen dat het was- en spoelmiddel opdrogen. (indien toepasselijk)
• Schakel de stroom van het doseersysteem uit. Verwijder het wasmiddel,  en spoel de slangen uit en maak ze schoon met een vloeibaar middel. (indien toepasselijk)
• Verwijder aangekoekte was- en spoelmiddelen van de wasmiddelbox. Reinig de sifons voor vloeibare middelen.
• Start een spoelprogramma met lege trommel (zonder toegevoegd wasmiddel) om de trommelruimte uit te spoelen.
• Reinig de binnentrommel grondig en verwijder ook vuil en kalkafzettingen (indien nodig ontkalken).
• Reinig de binnenkant van de deur (pluizen, vuil enz).
• Sluit alle waterinlaatkleppen en ontkoppel de inlaatwaterslangen van de machine.
• Koppel de machine los van het elektriciteitsnet.
• Reinig de inlaatwaterfilters en controleer de inlaatwaterslangen (vervang indien nodig). Sluit de waterslangen weer aan.
• Reinig de afvoerslang en afvoerklep.
• Controleer de algemene staat van de machine en reinig de buitenkant met een vochtige doek.
• Laat de deur van de trommel en de deksels van de wasmiddelbox op een kier staan, tenzij het risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte enz. in het apparaat terechtkomen

B. Terug opstarten:

• Als de wasmachine niet goed is voorbereid en schoon is, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer de trommelholte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte enz. Reinig deze grondig.
• Vervang de slangen van de slangenpompen (een gespecialiseerde monteur kan nodig zijn).
• Neem contact op met uw Electrolux Professional Servicedienst: zij kunnen u vertellen of er een slijtage kit voor uw apparaat beschikbaar is. Deze sets bevatten deurpakkingen, schokdempers en containers voor wasmiddel. Als u deze onderdelen tijdig vervangt, kunt u de levensduur van de units en het welzijn van uw wasgoed verlengen.

A. Op inactief zetten:

• Sluit de gastoevoer af bij de dichtstbijzijnde gaskraan (indien van toepassing).
• Sluit de stoomklep.
• Tap gecondenseerde stoom af uit de stoomverwarmer (indien van toepassing).
• Koppel de machine los van het elektriciteitsnet.
• Reinig de binnenkant van de trommel grondig en verwijder ook vuil, pluisjes of kalkafzettingen (indien nodig ontkalken).
• Reinig alle pluisfilters zoals beschreven in de handleiding en controleer de staat (vervang indien nodig).

Voor de modellen die zijn uitgerust met een warmtepomp:

• Controleer en reinig de condens-afvoer.
• (Vereist een gespecialiseerde technicus) reinig en controleer de staat van de speciale pluisfilter. Vervang indien nodig.
• (Vereist een gespecialiseerde technicus) reinig de condensor, het diffusorpaneel en de warmtepompeenheid in zijn geheel.
• Controleer en reinig de deurpakking.
• Controleer de algemene staat van de machine en reinig de externe oppervlakken met een vochtige doek.
• Laat de deur van de trommel op een kier staan, tenzij het risico bestaat dat stof, insecten, ongedierte enz. in het apparaat terechtkomen.

B. Terug opstarten:

• Als de droger niet goed was voorbereid om lang stil te staan, volg de instructies van de sectie Op inactief zetten.
• Controleer de trommelholte op eventuele aanwezigheid van stof, insecten, ongedierte etc. en maak deze grondig schoon.
• Sluit de machine weer aan op het electriciteitsnet.
• Open de gastoevoer en controleer op lekkage. (Indien van toepassing).
• Open de stoomklep. (Indien van toepassing)
• Neem contact op met uw Electrolux Professional-servicedienst: zij kunnen u vertellen of er een slijtage kit voor uw apparaat beschikbaar is. Deze sets bevatten deurpakkingen, steunrollen en pluisfilters. Als u deze onderdelen tijdig vervangt, kunt u de levensduur van de machine en het welzijn van uw wasgoed verlengen.
• Voer een droogprogramma uit met een lege trommel en controleer of de machine naar behoren werkt. Neem de machine vervolgens weer normaal in gebruik.